Oh Baby | De eerste hapjes

Oh Baby | De eerste hapjes

In deze aflevering praten we over de eerste hapjes

In theorie:

Vanaf een maand of vier kun je starten met het geven van hapjes. Een fase van proeven, structuren leren accepteren en veel knoeien! Wat kun je een baby allemaal geven en wat beter niet? Kun je ervoor zorgen dat het later een goeie eter wordt? Kan mijn baby allergisch zijn? En wat als ie zich verslikt? 

In de praktijk:

Luister hoe verschillende smaken een feest kunnen zijn (of niet), de voedingsindustrie ook een stevige vinger in de pap heeft, je een heel nieuw ritme moet vinden, hoe er soms geen bodem in je kind lijkt te zitten en je dacht dat babypoep niet stinkt maar think again.

Beluister de podcast

Mini Mini Masterclass | De eerste hapjes

Tegenwoordig is het advies om al vanaf de leeftijd van 4 maanden te starten met het geven van kleine beetjes vaste voeding. Deze voeding wordt naast de melkvoedingen op dat moment gegeven, dus als je er nauwelijks iets in krijgt, is dat in het begin niet erg. Het gaat om enkele theelepels per dag waarbij je kindje lekker mag experimenteren. Wanneer je baby direct een vies gezicht trekt betekent dit niet dat ie de aangeboden voeding niet lust. Het mooie is dat een baby werkelijk alles kan leren eten, maar je moet iets soms wel 15 keer hebben geproefd voordat je de smaak ook kan waarderen. Kinderen die op jonge leeftijd veel verschillende smaken leren accepteren eten op latere leeftijd meer gevarieerd. 

Kokhalsreflex

Behalve het wennen aan nieuwe smaken moet een baby ook nieuwe structuren leren verwerken. Bij de eerste hapjes is een kind alleen nog zoete vloeibare melk gewend. Er hoeft maar een korreltje structuur in het hapje te zitten en je kunt al zien dat dit een wurgreflex of kokhalsreflex opwekt. Deze reflex treedt op wanneer iets vastere voeding aan de voorkant van de tong wordt gevoeld. Dit is een afweer mechanisme om te voorkomen dat een kind wat nog heel weinig controle heeft over kauw- en slikreflexen zich verslikt. Door het oefenen van tongbewegingen en kaakbewegingen verplaatst deze reflex zich steeds verder naar achter in de mond. Hiervoor moet een baby dit iedere dag en meerdere keren oefenen. Het mechanisme van happen van de lepel, kauwen en slikken wordt tussen de 4 en 12 maanden het meest makkelijk aangeleerd. 

Stel het niet eeuwig uit

Wanneer je als ouder schrikt van het kokhalzen en daarom de voeding zo zacht mogelijk blijft maken door pureren of blenderen leert een kindje de verwerking van vastere structuren onvoldoende te beheersen en blijft het kokhalzen snel optreden. De window of oppertunity voor het goed leren kauwen en slikken is tussen de 6 en 12 maanden. Anders dan wat veel mensen denken heb je ook geen tanden nodig om te leren kauwen, die kaken zijn in staat van alles ertussen te vermalen. Wanneer je aanbieden van vaste hapjes blijft uitstellen kan dit problemen geven op latere leeftijd. Het is natuurlijk wel altijd belangrijk om erbij te blijven als je kindje eet en te weten wat je kunt doen als je kindje zich daadwerkelijk verslikt.

Uitbreiden

Na die oefen theelepels, voor de smaak en structuur en de mondmotoriek, ga je langzaam aan de voeding uitbreiden. Waar het eerst nog ter lering en vermaak was, zal rond de leeftijd van 6 maanden 1 melkvoeding langzaamaan vervangen worden door een fruithapje en 1 melkvoeding door een groentehapje, wat je al snel uitbreidt met wat aardappel, rijst of pasta. Je mag je baby hierin volgen, dus als hij na een halve banaan voldoende heeft, dan prima, maar wil hij de hele banaan, of anderhalf: ook prima. Daarnaast ga je aan de slag met wat water leren drinken. Liefst in een tuitbeker, of speciale drinkbeker, en na enig geklooi daarmee, kan je nog wat water aanbieden per fles, zodat er daadwerkelijk wat binnenkomt. 

Korsten kauwen

Loopt het lekker met de 2 voedingen, dan komt brood om te hoek kijken. Korsten kauwen, als tussendoortje, en na een tijdje eet je baby opeens een hele boterham weg.

Vanaf de leeftijd van 8 a 9 maanden, gaat het voedingsritme steeds meer lijken op de voor ons bekende, 3 hoofdmaaltijden en 2 tussendoortjes. Oftewel ontbijt, lunch en avondeten. Borst en kunstvoeding wordt wat minder belangrijk, omdat je baby steeds meer voedingswaarde uit andere voeding haalt. Kunstvoeding gaat naar richting de 2-3 voedingen, borstvoeding naar gelang je wenst. 

Het is soms indrukwekkend hoe weinig baby’s drinken naast melk, en zelfs als ze nog zo klein zijn als 6 maanden en geen volzinnen spreken, mag je ervan uitgaan dat baby’s ervoor zorgen dat ze voldoende vocht binnen krijgen als ze dorst hebben. Maak je je echt zorgen, dan kan je altijd wat vocht toevoegen aan de hapjes die je maakt. 

Pinda & eiwit allergie

Tegenwoordig wil je al vroeg starten met het aanbieden van pindakaas en eieren. Dit juist ter voorkoming van een allergie voor pinda en kippeneiwit. Door een vroege blootstelling van het maagdarmstelsel aan deze twee allergenen, heb je minder kans om een allergie erop te ontwikkelen. Na het introduceren is het wel belangrijk om de producten ook te blijven aanbieden gedurende de rest van het jaar. 

Je wilt hier op zijn minst mee starten voor de leeftijd van 8 maanden en het advies wordt dan ook al gegeven vanaf 4 maanden. Dit met name omdat baby’s met eczeem, door de verslechterde huidbarriere soms al in aanraking komen met de allergenen via de huid. De laatste wetenschappelijke inzichten hebben aangetoond dat met de route van binnenkomst (via de huid, in plaats van via het maagdarmstelsel) een grotere kans op allergie geeft.

Wat kun je wel en niet geven?

Wat laat je tot de leeftijd van 1 jaar liever buiten wegen: rauwe producten als rauw vlees, rauwe eieren, rauwe vis of rauwe schaal of schelpdieren, vanwege ziekmakende bacteriën. Leverworst & pate, beperk je tot 1 of 2 boterhammen per week vanwege zout en teveel aan vitamine A. Zelfde geldt voor smeerkaas en gewone kaas vanwege hoeveelheid zout, dus 1 of 2x per week. 

Zout wil je vanwege de belasting voor de nieren het eerste jaar niet gebruiken bij een baby, dus koken zonder zout en indien gewenst later op je eigen bord toevoegen. Ook honing kun je beter niet geven vanwege de bacterie botuline dat dit kan bevatten. Suikers zijn niet direct ziekmakend, maar ontnemen de gezonde eetlust en zitten in veel producten al toegevoegd. Suikerhoudende drankjes zijn daarin heel berucht. Drink water en opvolgmelk. Gewone melk bevat teveel eitwitten en zout. Vanaf de leeftijd van 1 jaar is gewone melk het advies en hoef je niet tot 18 jaar de opvolgmelk te sponsoren.

 

Oh ja, regels smegels… Dit is natuurlijk vooral echt een feestje om met je baby te ontdekken! Eten mag vooral leuk zijn!